Zeeman aan wal (4) Kikkertjes
“Onze studenten zijn net kikkers in een kruiwagen.”, zei een collega
eens tegen mij, “Zij proberen er steeds uit te springen en wij proberen
ze er in te houden”.
Een uitspraak waar ik tijdens Delfsail vaak aan heb moeten denken. Hier is waarom:
Ik had meer dan voldoende vrijwilligers om tijdens Delfsail safety
demo’s op het safetyinstructieponton in de haven te verzorgen.
En wat deden ze hun best.
Het publiek genoot van de demo’s: de sprongen in overlevingspak in het
water vanaf het hoge platform, Man Over Boord redden, en het oprichten
van een omgekeerd reddingsvlot.
Aan het eind van de eerste dag zaten we met zijn allen, wat moeders van
de kikkertjes en een tevreden gevoel te genieten van het vuurwerk dat
aangeboden werd door Delfsail.
Aan het eind van dit feestje ontstond de behoefte bij de kikkertjes om op het ponton te overnachten.
Persoonlijk zou ik liever in een warm bedje liggen, maar zij vonden het
leuker om in een koud ponton, op een tot matras gepromoveerd, nog net
niet opgedroogd overlevingspak te gaan liggen.
Dat dááronder dan weer een betonnen vloer lag, scheen de feestvreugde
alleen maar te verhogen.. Zolang ik er geen last van had vond ik het
best.
De volgende ochtend bracht ik de kikkertjes weer tot leven.
Kennelijk was Bacchus ook uitgenodigd op het feest, want de lucht die
uit het ponton opsteeg toen ik de deur van het ponton opende is met geen
pen te beschrijven.
Ik zal het toch proberen: Verschaald bier, zweetvoeten, en een zure half
opgedroogde binnenvoering-van overlevingspakken-lucht. Genieten….
Eén van de kikkertjes was kennelijk de koude harde betonnen vloer zat
geweest en had het een geweldig idee gevonden om in een reddingsvlot te
gaan slapen.
Een handje geholpen door voornoemde Bacchus vatte hij de slaap binnen enkele seconden.
Het laagje water dat op de bodem van het vlot had gelegen had er voor
gezorgd dat hij ’s ochtends zo hard rilde dat hij het ritsje van de
overkapping nauwelijks open kon krijgen.
Maar goed, de zon warmde hem en de andere kikkertjes alras op en we draaiden weer geweldige shows.
Het publiek genoot zichtbaar. En, eerlijk is eerlijk, wij óók.
Als dank voor deze inzet had de school er voor gezorgd dat de kikkertjes
mee mochten varen van Delfzijl naar Antwerpen op één van de tall ships
die in de haven afgemeerd lag: de Statsraad Lehmkuhl.
En zo wilde het dat ik en mijn vrouw samen met enkele moeders op
zondagmiddag vier uur op de kade van de Delfzijlsterhaven stonden om
“mijn kikkertjes” uit te zwaaien.
Ze gingen van het échte leven proeven.
Het échte zeemansleven. Zeilend.
Niet met een motor, zoals onder meer ik altijd gedaan heb, maar zeilen.
Hoe echt wilt u het hebben?
Zwaaiend zag ik de trotse tranen in de ogen van de moeders op de kade. Alleen bij de moeders?
Nee, beste lezers.
Ook bij mij.
Daar gáán ze.
De kikkertjes.
Míjn kikkertjes.
Verdikkeme, ik was trots op ze, zo merkte ik!
Kikkertjes, sommigen vinden ze eng, maar ik hou van kikkertjes.
U niet, dan?
Zeeman aan Wal (29) Bedscènes
al (29) Het is nog vroeg in de ochtend, nog voor zevenen, als ik tijdens mijn eerste kopje koffie van die dag besef dat de studenten die dag geen les zullen krijgen. Althans niet van mij. Geen kans. Want ze komt. We hebben geen verhouding. Niet in die zin. Zij komt wanneer zij wil en ik heb mij te voegen naar die wens. Ze is nogal bezitterig. Ze is verblindend. Schitterend. Een schittering die midden in mijn blikveld intensiveert en groter wordt belet mij het ochtendnieuws op de televisie te volgen. Het lukt me nog net een appje te sturen naar de klassen die ik die dag lesgeef en mijn leidinggevende om te zeggen dat ik die dag niet kom. Mijn Franse vriendin heeft zich aangekondigd. Het zal nog een minuut of 40 duren voor ze er daadwerkelijk is, maar dan zal ze me opeisen. En hoewel ze me nog heel even met rust laat geef ik alvast toe aan die eis omdat verzet, zo heb ik de afgelopen jaren geleerd, zinloos is. Dus ga alvast
Reacties
Een reactie posten